De hieronder afgebeelde teckel-teef, die steeds met de linker poot naar de worst bedelt, is blijkbaar “linkspotig”.
De teckel leed, buiten een melkklier-carcinoom nog aan een zogenaamde “maag-epilepsie”. Haar hoogbejaarde bazin was gestorven.
De dochter van de bazin ontfermde zich over de teckel en haalde haar bij zich in huis en in haar sigarenwinkel.
De teckel leed daarbij gelijktijdig twee conflicten:
- een nest-territorium-conflict
met het bijbehorende melkklier-ca rechts
(in plaats van links, vanwege linkspotigheid) - een identiteitsconflict
met bijbehorende maag-ulcus (rode kolom van de tabel)
(in plaats van rectum-slijmvlies-ulcus, vanwege linkspotigheid).
Zou de hond rechtspotig zijn geweest, dan zou de Hamerse Haard in de rechter kleine hersenen (met linker melkklier-ca) en in de linker grote hersenen (met rectum-plaveiselepitheel-ulcus-ca)zijn ingeslagen. Vanwege de linkspotigheid vinden we echter de Hamerse Haard in de linker kleine hersenen en het bijbehorende carcinoom in de rechter melkklier, alsook de andere HH in de rechter hemisfeer in het maag-relais, welbegrepen bij de identieke conflicten als bij een “rechtspotige”.
Ik ontdekte, dat de hond elke keer haar epileptische braakaanval kreeg, als de broer van de nieuwe bezitster op bezoek was geweest. Dan geloofde de hond namelijk elke keer, dat hij haar mee naar haar vroegere thuis zou nemen, waar de broer van de nieuwe bezitster nog altijd woonde. De inhoud van het biologische identiteitsconflict is “ik weet niet, waar ik thuishoor.” Had ze zich er dan weer in berust, dat hij haar toch niet had meegenomen, dan kreeg ze haar epileptische crisis.
En zo verstaan we door de taal van de hersenen de kleine teckel, die al tweemaal aan de melkklier was geopereerd en zou worden ingeslapen, heel exact.
De therapie was, nadat we de taal van het diertje konden verstaan, relatief eenvoudig: We moesten voor een duurzame oplossing van het biologische identiteitsconflict “ik weet niet, waar ik thuishoor” zorgen. We losten het probleem zo op, dat de broer enkele maanden lang niet op bezoek mocht komen. Bovendien bracht ik de hond ieder morgen een lekkere worst, wat haar natuurlijk zeer beviel.
Spoedig wist het beestje weer, waar ze thuishoorde. Het melkklier-ca stopte en hoefde ook niet meer chirurgisch behandeld te worden. De maag-epilepsie, die voorheen tweemaal per week na de bezoeken van de broer waren opgetreden, stopte abrupt. Van inslapen spreekt niemand meer.
Het hondje is alweer sinds 4 jaren levenslustig en voelt zich “kiplekker”. Het kwam er “dus” enkel op aan, de taal van de “kameraad teckel” te begrijpen, dan was de therapie heel eenvoudig, dus logisch, consequent en overtuigend. Want de taal van de hersenen, eenvoudigweg de inter-animalische taal is zowel ten aanzien van de locatie van de angsten en conflicten in de hersenen, als ook met betrekking tot de verloopsveranderingen in de hersenen analoog aan die bij ons mensen: Een moeder/kind-conflict, een eigenwaarde-inbreuk-conflict, een angst-in-de-nek-conflict, allen liggen bij mens en (zoog-)dieren op vergelijkbare plaatsen en beheersen dwangmatig en overeenkomstig hun conflictverloop, als Hamerse Haard de conflicten in de hersenen van de mensen.
Dit verhaal is uit het boek “Kurze Einführung in die Germanische Neue Medizin” van Dr. Geerd Ryke Hamer