Volgens de 4e wetmatigheid van de Germanische Heilkunde®, het “ontogenetisch bepaalde systeem van de microben” behoren tot elke kiembladverwante orgaangroep ook specifieke kiembladverwante microben.
Samen met de programmering van onze organen in de verschillende hersenrelais van ons computerbrein, zijn tegelijkertijd ook onze loyale gespecialiseerde werkers, de microben, geprogrammeerd. De microben zijn min of meer specialisten, niet alleen voor de organen waar ze op inwerken, maar ook op de manier waarop ze werken.
De indeling = ‘schimmels – bacteriën – virussen (in zoverre ze bestaan)’ komt overeen met hun ontogenetische leeftijd:
- De oudste microben, de schimmels en schimmelbacteriën, werken op de door de hersenstam aangestuurde endodermale organen.
- De ‘middeleeuwse’ schimmelbacteriën en bacteriën werken op de door de kleine hersenen gestuurde mesodermale organen, en de bacteriën werken op de mesodermale organen die worden aangestuurd door het hersenmerg.
- De ontogenetisch jongste virussen (in zoverre ze bestaan) werken uitsluitend op de ectodermale organen die worden aangestuurd door de hersenschors.
Volgens de wet van de tweefasigheid van alle ziekten bij oplossing van het conflict, ‘werken’ alle microben – zonder uitzondering – uitsluitend in de 2e fase, d.w.z. de genezingsfase, beginnend met conflictolyse (conflictoplossing) en eindigend met het einde van de genezingsfase.
Een immuunsysteem bestaat niet
Het zogenaamde ‘immuunsysteem’, dat we ons voorstelden als een soort leger in ons lichaam dat de ‘kwaadaardige’ kankercellen en de ‘kwaadaardige’ microben zou vernietigen zoals in een grote strijd, bestaat in die zin niet.
Op bevel van onze hersenen worden de zogenaamd pathogene microben weer goedaardige, a-pathogene microben, die zich ergens in ons organisme terugtrekken, waar ze niet storen, maar vanwaar ze op elk moment geactiveerd kunnen worden (alleen in de genezingsfase en in de bijbehorende organen) als ze weer nodig zijn. Gevangen in een bacteriologisch-hygiënische manier van denken, probeerden we deze goede seizoensarbeiders van ons organisme uit te roeien. De microben werken niet tegen ons, maar voor ons, als onze trouwe helpers gedurende tientallen miljoenen jaren van onze ontwikkelingsgeschiedenis. Het zijn de chirurgen van Moeder Natuur, de optimaliseerders van de genezingsfase.
De microben werken kiembladafhankelijk
Zoals verwacht overlappen de verantwoordelijkheden elkaar in de grensgebieden van de kiembladen: bijv. de door de kleine hersenen gestuurde organen zoals de lederhuid (corium), het hartzakje (pericard), borstvlies (pleura) en buikvlies (peritoneum) worden van nature door de mycobacteriën (tbc ) ‘bewerkt’, maar ze kunnen ook ‘aanvullend’ worden ‘bewerkt’ door de bacteriën, die dan kunnen helpen bij de verkazing als suprainfectie, zoals we dat vroeger noemden. De hulp lijkt echter zeer beperkt te zijn, misschien strekt het zich alleen uit tot het interstitiële (binnenste) bindweefsel aan de rand van het corium of mesothelioom.
We zagen microben ook als iets ‘slechts’ dat we moesten uitroeien. Dat was onzin! We hebben de microben dringend nodig en inderdaad het hele bereik dat op onze breedtegraad gebruikelijk is. Als we bijvoorbeeld om ‘hygiënische redenen‘ mycobacteriën (tbc) missen, kunnen we onze tumoren tijdens de genezingsfase niet meer afbreken. Dit heeft catastrofale gevolgen voor een aantal tumoren:
Bij een schildklier-ca betekent dit dat ondanks het oplossen van het conflict het extra weefsel niet kan worden afgebroken en dat het grote hoeveelheden thyroxine zal blijven produceren, wat nu volledig biologisch zinloos is. De enige reden hiervoor is dat de mycobacteriën ontbreken, die normaal de tumor afbreken en ervoor zorgen dat het thyroxinegehalte weer naar normale waarden daalt.
Ook een dikke darm-ca kan aanzienlijke complicaties veroorzaken en moet dan operatief worden verwijderd als er geen mycobacteriën aanwezig zijn.
De oude hersenen gestuurde microben
Mycobacteriën bestaan al zo lang of bijna zo lang als protozoa hebben bestaan, d.w.z. lang voordat dieren of mensen bestonden. Ze hebben een duidelijke taak, namelijk het genezen en afbreken van de tumoren die vanaf het begin van de genezingsfase (conflictolyse) worden aangestuurd door de oude hersenen (stam- en kleine hersenen gestuurd). Maar net zoals de tumoren zelf, die ze moeten afbreken als ze hun functie hebben vervuld, hun werk hebben gedaan, vermenigvuldigen ook de mycobacteriën zich in de conflictactieve fase (ca-fase). Dit idee is in eerste instantie wat vreemd voor ons, omdat we altijd direct aan de bacteriën denken, zoals stafylokokken of streptokokken etc., en als we ze kweken hebben we warme broedplaatsen nodig. Maar nu begrijpen we ook waarom het praktisch onmogelijk was om de mycobacteriën op een kunstmatig medium te laten groeien. Af en toe groeien ze heel weinig, bijna helemaal niet, op een levend ‘voedingsmedium’, zoals een kippenei-embryo. We hebben het raadsel nu opgelost: de mycobacteriën (tbc) groeiden alleen bij toeval als de bacterioloog het levende embryo had gemanipuleerd tot een actief biologisch conflict. Maar aangezien hij de Germanische Heilkunde® niet kende, kon hij zich deze, voor hem ’toevallige’ manipulaties, die het embryo verwonden, niet voorstellen als reden voor de incidentele minimale groei. De mycobacteriën werden daarom simpelweg als ‘niet kweekbaar’ beschouwd. We weten nu dus dat we de mycobacteriën (tbc) – ook wel ‘zuurvaste staafjes’ genoemd, omdat ze maagzuur verdragen – vanaf DHS moeten hebben! Krijgen we ze na de conflictolyse, in de pcl-fase, dan hebben ze voor dit Zinvolle Biologische Speciaalprogramma geen nut meer, omdat ze zich alleen vermenigvuldigen in de conflictactieve fase. Het is duidelijk dat ons organisme, in samenwerking met zijn vriend, de mycobacterie, maar zoveel zuurbestendige staafjes produceert als er later nodig zijn om de tumor te kunnen verkazen! En wij dwazen dachten dat we tuberculose moesten uitroeien.
Opmerking: elke tuberculeuze genezingsfase gaat gepaard met nachtelijk zweten!
De regelsystemen van de natuur kunnen niet functioneren als wij, tovenaarsleerlingen, willekeurig welke factoren dan ook wegnemen. Vrijwel alles wat we ‘moderne medicyni’ hadden gedaan, was onzin. Nu begrijpen we waarom het zogenaamde ‘dierexperiment’ met cavia’s zo onzinnig was, omdat het vaak ‘vals positieve’ resultaten opleverde. Centrifugaat, bijvoorbeeld uit een urinesediment, werd enkele dagen achter elkaar in de vrije buikholte van een cavia geïnjecteerd. Als gevolg hiervan kreeg de cavia een DHS (conflictshock) met peritoneale kanker, het zogenaamde peritoneale mesothelioom. Inhoud van het conflict: aanval op de buik. Als het arme dier na een week of 10 dagen alleen werd gelaten, werd het conflict opgelost en ontwikkelden de gebruikelijke ascites zich tijdens de genezingsfase. Als er nu zuurvaste staafjes in het centrifugaat zaten, werden de ascites, die 6 tot 8 weken later door prikken werd verkregen, typisch troebel en stinkend. Maar hetzelfde gebeurde als de cavia eerder ergens tbc-bacteriën had gekregen. Dat waren de ‘vals positieve’ resultaten. Als er op de een of andere manier geen mycobacteriën aanwezig waren tijdens de actieve martelfase, ontwikkelde zich een ‘heldere ascitesvloeistof’ in de buik van de cavia. De tumoren van het peritoneum mesothelioom werden niet afgebroken.
Volgens de Germanische Heilkunde® is het hele experiment natuurlijk pure onzin, afgezien van de onzinnige marteling van de arme dieren. De tovenaarsleerlingen wisten niet wat ze aan het doen waren!
De grote hersenen gestuurde microben
Bij bacteriën is het heel anders. Ze behoren tot de organen die worden aangestuurd door het hersenmerg en behoren tot het middelste kiemblad (mesoderm). Net als de cellen van de organen die worden aangestuurd door het hersenmerg, zorgen ze ervoor dat cellen zich delen in de genezingsfase, d.w.z. ze vermenigvuldigen zich in de pcl-fase. Daarnaast houden ze van oedeem, d.w.z. een vochtige omgeving en warmte.
Terwijl we de tuberculeuze genezingsprocessen (verkazing van de tumorcellen) – hoewel ze in de genezingsfase plaatsvinden – ‘koude abcessen’ hebben genoemd, zijn de bacteriële processen bijvoorbeeld ‘hete abcessen’. Dat wil zeggen:
- De mycobacteriën (Tbc) behoren tot het oude brein en zorgen, zoals alle tumoren, voor vermenigvuldiging van cellen in de conflictactieve ca-fase.
- De bacteriën daarentegen behoren tot het grote hersenen mesoderm en zorgen, net als alle organen die door de grote hersenen worden aangestuurd – in dit geval vooral door het hersenmerg – dat cellen zich vermenigvuldigen tijdens de genezingsfase. Dit is de reden waarom de bacteriën zich alleen vermenigvuldigen in de conflictolyse (CL).
We zien dat de microben op een zinvolle en voor de ontwikkeling begrijpelijke manier passen in het biologische proces van de Zinvolle Biologische Speciaalrogramma’s (SBS). Ze zijn als het ware met ons en voor ons meegegroeid. Ze zijn allemaal lid van een natuurlijk regelsysteem die we niet kenden. Daarom hebben we met blinde ijver geprobeerd deze bruikbare kleine helpers te vernietigen met zogenaamde antibiotica of sulfonamiden. We stierven niet door de microben, maar hooguit aan het enorme oedeem in onze hersenen, als het conflict te lang had geduurd.
Eén ding over bacteriën moeten we nog uitzoeken: ze kunnen opbouwen, maar ze kunnen ook tot op zekere hoogte afbreken.
De chirurgen maken al 50 jaar gebruik van deze kennis, die niet als eerste van mij kwam, bijvoorbeeld door een fragmentarische fractuur te openen door een perforatie met een reeks zogenaamde pinnen die op hun plaats blijven en ze open houden, want een open fractuur die toegankelijk is voor bacteriën geneest veel sneller dan wanneer hij gesloten blijft. De bacteriën bevorderen zo de opbouw, maar breken ook uitstekende of overtollige botfragmenten af. De belangrijkste taak is echter de constructie.
AIDS – een enorme oplichting
Niemand heeft ooit de nodige symptomen waargenomen na een zogenaamde hiv-infectie, zoals men gewend is met mazelen of rode hond. HIV-virussen zelf worden nooit gevonden bij aids-patiënten. Omdat er helemaal geen ‘aids-symptomen’ zijn, staan deur en poort open voor medische en diagnostische willekeur. Het is ook heel vreemd dat ‘aids’ als vermoedelijke virale ziekte zich heel anders zou gedragen dan alle andere virale ziekten, omdat ze altijd als voorbij worden beschouwd als de antilichaamtest positief is geworden.
Eén ding is zeker: dit ontogenetisch bepaalde systeem van microben zal ook de hele geneeskunde fundamenteel veranderen. Omdat de microbofobie die tegenwoordig in medische kringen wijdverbreid is, een doorslaggevend kenmerk is van onze zielloze steriele geneeskunde van vandaag de dag.