Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Astma – daarvan zijn er 2 soorten

Biologische Speciaalprogramma's

De IJZEREN REGEL VAN KANKER was de intrede in de Germanische Heilkunde® in 1981. De Germanische Heilkunde® is een empirische natuurwetenschap en is gebaseerd op 5 empirisch gevonden natuurwetten die op elke zogenaamde ziekte kunnen worden toegepast.

De trigger van elke zogenaamde ziekte – die we nu beschouwen als een fase van een Zinvol Biologisch Speciaalprogramma (SBS) – is altijd een biologisch conflict, een shockervaring – DHS genaamd, die het individu onvoorbereid ‘op het verkeerde been’ zet.

Elk conflict heeft een heel specifieke inhoud en dit ontstaat associatief, d.w.z. door onvrijwillige gedachtentoewijzing.

Het DHS laat sporen achter in de hersenen die kunnen worden gefotografeerd met behulp van computertomografie (CT) van de hersenen. Dit relais wordt een Hamerse Haard (HH) genoemd. Elke HH heeft onder andere een heel specifieke conflictinhoud, een specifiek orgaan en op zijn beurt een specifiek relais in de hersenen. Daarnaast kunnen we bepalen of de conflicten zich nog in de conflictactieve (ca-fase) of al in de genezingsfase (pcl-fase) bevinden, en of er sprake is van celtoename of celafname.

hersenschors
hersenschors

Of een conflict de linker of rechter hersenhelft treft, wordt niet alleen bepaald door de handigheid van de patiënt, maar ook door het hormoon spiegel (anticonceptiepillen, zwangerschap, menopauze, andere hormonale veranderingen of schizofrene constellaties, maar ook chemotherapie).

De klaptest (applaus) is daarom een ​​zeer belangrijk en onmisbaar diagnostisch criterium om erachter te komen op welke hersenhelf iemand in principe werkt.

Als de rechterhand in de linkerhand slaat, dan ben je rechtshandig.

Linkshandigheid verschuift het conflict naar de andere hersenhelft in vergelijking met normale rechtshandigheid. Vanaf dat moment verloopt alles echter precies omgekeerde als wanneer het conflict zou lopen voor een rechtshandige.

Dus als een linkshandige vrouw een schrikangstconflict heeft, slaat de Hamerse Haard (HH) in de rechter mannelijke hersenhelft in, inplaats van de linker vrouwelijke, en op het organisch niveau in de bronchiën. In het geval van de rechtshandige vrouw zou het strottenhoofdrelais echter worden getroffen.

De linkshandige man zou reageren met een inslag in het strottenhoofd bij een territoriumangstconflict, terwijl de rechtshandige man zou reageren met het bronchiaal relais.

Organisch behoren beide tot de cerebrale groep, d.w.z. in de conflictactieve fase ontstaan ulceraties (sensorisch) of verlamming (motorisch) in de organen van het bronchiaal- of strottenhoofdrelais.

Daarom kan men helemaal niet werken in de Germanische Heilkunde® zonder de links- of rechtshandigheid te kennen.

Volgens de tweede natuurwet is elk zinvol biologisch speciaalprogramma een gebeurtenis in twee fasen; Dit betekent dat elke SBS een conflictactieve en een conflictoplossende fase heeft, mits het conflict wordt opgelost.

tweefasigheid
tweefasigheid

Elke SBS met conflictoplossing heeft ook een epileptische of epileptoïde crisis, d.w.z. een overgangspunt van de genezingsfase op het diepste punt van de vagotonie. De epileptische aanval met spierkrampen is echter een bijzondere vorm van de epileptische crisis, dit is nadat er een motorisch conflict is opgelost.

Epilepsie-achtige of epileptoïde crises vindt men in principe bij alle SBSen en bij elk een beetje anders. Bij alle zogenaamde ziekten die we kennen, waarbij een symptomatologie was die voorheen ziekte werd genoemd, nam men slechts één fase waar van een Zinvol Biologisch Speciaalprogramma.

Ook bij astma speelt naast de handigheid van de patiënt de epileptoïde of epileptische crisis een grote rol.

We kennen twee soorten van astma:

Strottenhoofdastma, met verlamming van de larynxspieren in de conflictactieve fase, en bronchiaalastma, met verlamming van de bronchiaalspieren in de conflictactieve fase.

Bij astma zijn in principe de volgende combinatieopstellingen mogelijk, zowel bij strottenhoofdastma, met verlengde inademing, als bij bronchiaalastma, met verlengde uitademing, die tot astma leiden:

A. Bij strottenhoofdastma – het linker hersenhelft larynx (strottenhoofd) spierrelais ervaart een epileptische crisis, maar tegelijkertijd is er een andere Hamerse Haard in conflictactiviteit ergens in de rechter hersenhelft. Bij deze combinatieopstelling spreken we van larynxastma – met verlengde inademing.

B. Bij bronchiaal astma – is het andersom. Hier heeft het bronchiaalmusculatuurrelais van de rechterhersenhelft een epileptische crisis en is er een andere Hamerse Haard actief in het linker hersenhelftrelais. Dit is de combinatieopstelling voor bronchiaal astma – met verlengde uitademing.

Echter als beide, d.w.z. het motorische strottenhoofdrelais en het motorische bronchiaalrelais een epileptische crisis hebben, is er sprake van een chronisch versterkte in- en uitademing, d.w.z. uitademing en inademing van larynx- en bronchiaalastma. We noemen deze combinatieopstelling een status asthmaticus, d.w.z. de patiënt heeft acute astmatische kortademigheid, ademnood! Zolang beide zich ‘slechts’ in de activiteit bevinden, gebeurt er nog niets.

We spreken van zogenaamde spastische bronchitis als alleen het rechter hemisferische bronchiaalspierrelais een epileptische crisis heeft en er geen andere Hamerse Haard actief is in het linker hemisferische cerebrale relais.

Bij spastische laryngitis (zogenaamde croupe) is het andersom. Hier is er in het linker hemisferische strottenhoofdspierrelais een epileptische crisis, en het rechter hemisferische cerebrale relais is inactief.

We wisten niet eerder waarom cortison alleen werkte bij sommige astmapatiënten. Er waren alleen die gevallen waarin het conflict op een of beide hersenhelften zich in de epileptische crisis bevond, d.w.z. de astma-aanval vertegenwoordigde de epileptische crisis aan een of beide zijden, en met een nierverzamelbuis SYNDROOM trad vaak een paradoxaal effect van de cortison op, d.w.z. een verhoogde waterretentie.
Zogenaamde astmapatiënten zijn mensen die vaak last hebben van kortdurende recidieven. Meestal hebben ze een zogenaamd hangend conflict, wat betekent dat het conflict continu actief is, maar wordt omgevormd (de zogenaamde ‘bank’). Het organisme heeft zich min of meer op het conflict ingesteld. Zo’n patiënt kan gemakkelijk tientallen jaren met zo’n hangend conflict leven.

Als de patiënt echter een ander corticaal conflict lijdt, treft dit de tegenovergestelde hersenhelft en bevindt de patiënt zich onmiddellijk in een zogenaamde schizofrene constellatie. Overigens wordt er in deze schizo-constellatie slechts een kleine hoeveelheid conflictmassa opgebouwd.

Sommige recidieven kunnen we alleen begrijpen als we alle sporen die bij het DHS werden meegenomen nauwgezet hebben geïdentificeerd. Sporen zijn aanvullende aspecten van het conflict of aanvullende percepties op het moment van het DHS. In de seconde van het DHS merken mens en dier de begeleidende omstandigheden (optisch, akoestisch, reuk- en tastzintuigelijk) op, net als bij een flitslicht-opname, zelfs zonder dat ze zich daarvan bewust zijn En ze bewaren deze gegevens praktisch voor het leven. Als een van de begeleidende omstandigheden zich opnieuw voordoet, kan het hele conflict terugkeren als een zogenaamd recidief. Dit betekent dat je vanaf zo’n secundair spoor altijd het hele spoor oprijdt. Vandaar de naam spoor.

Elk conflictrecidief komt niet sluipend tot stand, maar alleen met een nieuw DHS, waarbij het recidief-DHS niet meer de emotionele kracht hoeft te hebben zoals het de eerste keer had.

Alle allergieën die we kunnen aantonen met onze allergietesten zijn altijd ‘volgspoor-strengen’ in verband met het DHS.

Dit laat zien hoe belangrijk het is om altijd terug te gaan naar het DHS om de algehele situatie precies te visualiseren.

Voorbeeld:

Een patiënte heeft sinds haar jeugd af en toe last van astma-aanvallen. Uiteindelijk kreeg ze de diagnose kattenallergie, waarvan werd aangenomen dat dit de oorzaak van de aanvallen was. Desalniettemin voelde de patiënte zich aangetrokken tot katten, die ze ook af en toe graag aaide.

Het viel op dat ze zelden een astma-aanval kreeg.

Aan de andere kant zou ze aanvallen krijgen als ze helemaal niet in contact was gekomen met een kat.

Toen ze eindelijk op zoek ging naar het conflict, merkte ze tot haar verbazing dat ze alleen reageerde op zwarte katten, die ook een bepaalde grootte hadden of als ze toevallig een dood dier op straat zag. Uiteindelijk kwam ze er in haar verdere onderzoek achter dat ze als peuter kennelijk moest kijken hoe haar geliefde zwarte kitten, aan wie ze erg gehecht was, overreden werd door een auto en verpletterd werd op straat (DHS).

Ze had bewust geen herinnering aan de gebeurtenis zelf, die meer dan 20 jaar geleden was. Niettemin reageerde ze met recidiverende DHS elke keer dat ze een zwarte kat van een bepaalde grootte zag of aaide, of wanneer ze een dood dier op straat zag liggen dat was aangereden (spoor).

Het DHS is het bewijs van hoe nauwkeurig de psyche met conflicten, de hersenen met de Hamerse Haarden en het orgaan met onze sporen correleren.

Met het gereedschap, d.w.z. met kennis van de 5 biologische natuurwetten van de Germanische Heilkunde® en de kennis van de typische symptomen van het verloop op de 3 niveaus van psyche – hersenen – orgaan, kunnen we nu voor het eerst in de geneeskunde werken op een causale en reproduceerbare manier.

Plaatshouder SBSen

Gerelateerde berichten

Aankondiging voor onderhoud van onze website

Op donderdag, 15 februari 2024 vanaf 8:30 uur CET gaat onze website voor onbepaalde tijd voor onderhoud uit de lucht.

De werkzaamheden zullen waarschijnlijk enkele uren duren.